Ik werk als senior onderzoeker/adviseur bij de Staatscommissie tegen Discriminatie en Racisme.
Ik ben in 2024 gepromoveerd op mijn proefschrift On being different: Exploring the relationship between dissimilarity and social inclusion in the workplace.
Ik ben, naast mijn huidige baan, nog steeds bezig met het schrijven over mijn onderzoek dat ik aan de Universiteit Utrecht heb uitgevoerd. Je kunt hieronder daar meer over lezen.
Groet,
Onur
1)
Op de werkvloer wordt er vaak gesproken over diversiteit en inclusiviteit. Dit gaat vaak over een ongelijke behandeling van mensen, zoals bij kansen op werk of een promotie, hoe collega’s met elkaar omgaan, maar ook over hoe organisaties omgaan met behoeftes van hun werknemers.
Ik doe vooral onderzoek vanuit het het perspectief van de minderheid: hoe speelt het gevoel van ‘anders’ zijn dan de meerderheid een rol in gevoelens van inclusie? Op hoeveel en welke kenmerken voelen deze mensen zich anders? Hebben deze mensen het idee dat zij authentiek kunnen zijn? Geeft de groep hen het gevoel erbij te horen?
2)
Vrouwen zijn vaak verantwoordelijk voor het huishouden en de zorg van kinderen, terwijl mannen voor het gros van het inkomen zorgen. Dit is niet altijd een verdeling waar mensen tevreden over zijn en kan ongelijkheid in de hand werken:
– Vrouwen die voor het grootste gedeelte van het inkomen zorgen zijn vaak ook verantwoordelijk voor de zorg en het huishouden, wat hen extra belast.
– Vrouwen die weinig werken en leunen op het inkomen van hun partner kunnen financieel in problemen komen bij een scheiding.
– Bij mannen die minder goed betrokken zijn bij de zorg van kinderen, zeker bij pasgeboren kinderen, verloopt de hechting tussen vader en kind minder goed.
In mijn onderzoek ontwikkel en test ik een interventie waarmee toekomstige ouders de verantwoordelijkheden meer naar wens kunnen verdelen. Het doel van de interventie is om stellen vaardigheden te bieden om het gesprek met elkaar en met werkgevers goed te kunnen voeren en de rol van maatschappelijke verwachtingen over wat een man of vrouw hoort te doen te minimaliseren bij de herverdeling van (on)betaalde arbeid.